Toen mijn man en ik trouwden, wist ik niets van zijn verslaving af.
Ook in de jaren die volgden, heb ik nooit vermoed dat hij ziek was. Ik had het idee dat het mijn onzekerheid was die zorgde voor een groot deel van de problemen in onze relatie: hij was met mij getrouwd en toch was ik steeds bang dat hij niet echt van me hield, dat hij liever niet bij mij, maar ergens anders was. Het ging niet goed tussen ons en ik keek uit naar een weekendje weg dat gepland stond met een vriendin. Ik kwam daar, zoals gehoopt, helemaal opgeladen van thuis. Ik wist: “Ik wil opnieuw verliefd worden op mijn man! Nieuwe start, het weer leuk hebben samen. Maar,” (daar kwam mijn onzekerheid weer) “er zijn dan géén geheimen…”
Mijn wereld stortte in
Al gauw nadat ik dit voornemen tegen hem uitsprak, stortte mijn wereld in. Hij had namelijk mijn ernst begrepen en wist zijn geheim niet langer verborgen te houden. Het rottige gevoel dat ik al zo vaak had gehad, altijd als ‘onzekerheid’ af had gedaan, werd die avond sterker dan ooit. Ik werd er bang van, maar het gaf het me nu opeens ook een bepaald soort kracht die van buiten mijzelf leek te komen. Ik zette door: ik móest de hele waarheid kennen. Hij heeft het erg zwaar gehad die avond, want ik bleef vragen op hem afvuren. Er werd mij steeds meer duidelijk, maar ik kreeg ook steeds meer nieuwe vragen. Ik hoorde geheimen over lang geleden en pasgeleden, er werden leugens opgebiecht en mijn rottige gevoelens werden na al die jaren eindelijk verklaard. Hij legde uit dat hij met bepaald gedrag niet kon stoppen, zoals een ander niet meer met het gebruik van alcohol of drugs kan stoppen. Ik wist niet zeker of het gegeven dat hij een gedragsverslaving had alles nou beter of juist erger maakte. Als zijn vermoeden klopte, dan was hij dus ziek. Pijn, verdriet, woede, schaamte, liefde, haat,… Ik voelde alles door elkaar in de dagen erna. Ik wilde hem tegelijkertijd dichtbij houden om te kunnen helpen én hem naar de andere kant van de wereld sturen van woede. Er gingen nog een paar heel moeilijke weken voorbij, waarna ik maar één conclusie kon trekken: Ik had zelf dringend hulp nodig om nog overeind te blijven.
Ik had dringend hulp nodig
Ik kwam terecht bij een coach en voelde herkenning. En ik kreeg erkenning voor wat ik voelde. Dat gaf meteen wat ademruimte: ik stond er niet meer helemaal alleen voor. Zij hielp mij inzien en geloven dat ik deze grote, gapende wond kon helen. Dankbaar heb ik al haar lessen ter harte genomen en ik heb er meer mee bereikt dan ik ooit had durven dromen. Ik leerde wat écht belangrijk is voor mij.
Nu geniet ik elke dag
Ook op dagen dat er tegenslagen zijn, vind ik altijd wel iets moois.
De “gapende wond” is een “litteken” geworden: de enorme pijn van destijds heeft een rustig plekje gekregen en de herinnering aan wat gebeurd is, laat mij zien hoe oersterk ik ben. Ik voel me echt trots op mezelf; om wat ik bereikt heb, om wie ik ben, om wat ik kan en om wat ik doe. Die dingen voelen namelijk allemaal zó fijn. Ik heb niemand anders meer nodig die zegt wat goed voor me is, ik vertel het mij nu zelf, want ik weet zelf het beste wat deze dingen voor mij zijn. Natuurlijk geniet ik nog steeds van de tijd met de mensen om mij heen. En ik gun mezelf nu ‘eigentijd’. In die tijd doe ik iets wat ik leuk vind, zonder daar een ander bij uit te hoeven nodigen. Die tijd is van mij voor mij, daar durf ik nu gerust ‘nee’ voor te zeggen tegen anderen. Mijn gezonde onderbuikgevoel helpt me daar mooi bij. Ik ben gelukkig. En nooit, echt nooit, had ik gedacht dat ik mijn levenservaring zou kunnen en willen (én durven!) gaan gebruiken om anderen te helpen. En nu ligt juist daar mijn missie!

Dit ben ik ook
- Ik heb een buitengewoon optimisme in mij zitten, welke zich graag uit, gevraagd en ongevraagd. Dit zorgt regelmatig voor interessante situaties en brengt dan vaak een leuke verrassing ("verwondering").
- "Angst" betekent wat mij betreft "uitdaging" en van uitdagingen leer je. Dus angst is nooit een goede reden om ergens mee te stoppen of terug te krabbelen.
Mijn visie op "(Ineens) partner zijn van een verslaafde"
Het verleden staat niet gelijk aan de toekomst. Als je tijdens je relatie ontdekt dat je partner verslaafd is, heb je opnieuw te ontdekken wat jij belangrijk vindt in een relatie. Pas wanneer je jezelf kent en erkent, kun je goed bepalen waar jouw grenzen liggen en deze ook bewaken. Daarmee is het vervolgens goed mogelijk om dolgelukkig (verder) te leven in een relatie met een verslaafde partner.
Als je me zou kennen, dan zou je weten dat...
- Ik graag wandel. Het maakt me niet zoveel uit waar, maar met een lopende band maak je mij toch echt niet gelukkig.
- Alle seizoenen van de natuur me lief zijn. Ik geef mensen dan ook graag een (vriendelijk) weerwoord als ze klagen over de kou, de hitte, de vallende bladeren of het slechte zicht door al dat groen.
- Ik super gevoelig ben en daardoor wel eens een traantje weg pink om andermans tranen; van geluk of verdriet.
- Ik ben gescheiden van een verslaafde man, maar dat ik er van overtuigd ben dat mijn situatie een uitzondering is. De verstandhouding tussen ons is redelijk goed, waarbij de zorg voor de kinderen op nummer een staat.
- Ik goed kan luisteren, alleen niet naar mijn navigatiesysteem in de auto. Dit geeft soms uitdagingen als ik het echt te bont maak terwijl ik op weg ben naar een afspraak. Maar het brengt me daarentegen wél op mooie plekjes onderweg waar ik anders niet gekomen zou zijn!
- Ik soms heel flauwe grapjes maak. Mijn kinderen noemen me dan 'knettergekke mama' en vragen zich vervolgens bedenkelijk af of zij 'het ook kunnen krijgen'. (Psst, het blijkt erfelijk; zij maken ook flauwe grapjes 😉 )
- Ik, nog niet zo heel lang geleden, hoorde van mijn kinderen dat ze bij science op school geleerd hebben dat je niet verslaafd kunt raken aan chocolade. "Gelukkig maar voor jou, he mama?"
- Je je chocolade dus beter niet met mij kunt delen. Tenzij je aan de lijn doet.
- Wat betreft delen met mij hetzelfde geldt voor sushi. (Al is sushi volgens mij wel beter voor je lijn dan chocolade?)